Vorig weekend ben ik alleen, met de auto en zonder gezinsleden, naar het noordoosten des lands gereden. Een mooie gelegenheid voor enige contemplatie, leek mij. Luisterend naar enkele lekkere cd-tjes heb ik in die lege uurtjes dan ook menig belangwekkende conclusie getrokken.
Ten eerste kwam ik erachter dat Nederland zo ontzettend lelijk aan het worden is. Niks nieuws, zult u zeggen, maar ik heb die afschuwelijke werkelijkheid zaterdag, en zondag op de weg terug, nog eens heel goed op me in kunnen laten werken. Wat ziet namelijk de gemiddelde toerist die zich per auto op de ‘grote weg’ door ons land verplaatst? Een geestdodende aaneenschakeling van bedrijven- en industrieterreinen en woningbouwlocaties. Waar je je in het buitenland, tussen twee steden in, verplaatst door fraaie landschappen, zit je in Nederland slechts naar het resultaat van onze nijvere inspanningen te kijken. Een plaats, een stad of dorp, is volgens mij een verzameling gebouwen en objecten in het landschap. Maar waar is dat landschap in Nederland eigenlijk gebleven, zo vroeg ik mij af terwijl ik een auto zag rijden met maar één ruitenwisser. Niet dat er één was afgebroken of zo; nee de ontwerper had het in dit geval ook echt zo bedoeld. Ik vind dat link; één ruitenwisser. Want als er dan één kapot gaat is dat altijd ‘de goeie’. Met twee ruitenwissers spreid je je risico; dan kan ook die van de bijrijder kapot gaan.
Tevreden met mijn twee ruitenwissers reed ik verder en dacht aan wat een vriend mij onlangs toevertrouwde. ‘Met kinderen moet je altijd jezelf zijn’, zo sprak hij. Nou, dat is voor u en mij wellicht aan te bevelen, maar wanneer je van huis uit een pedofiel bent met sadistische neigingen, heb ik daar toch zo mijn bedenkingen bij, besloot ik, terwijl ik zo’n kittig autootje van de één of andere uitzendorganisatie inhaalde. Waarschijnlijk een intercedent zonder haast. Intercedenten vind ik altijd van die bepaalde typetjes. Waarschijnlijk werken de meesten van hen bij zo’n bureau omdat ze zelf totaal onuitzendbaar zijn, bedacht ik, ternauwernood een bolide van Beierse origine ontwijkend. Onwillekeurig schoten mijn gedachten opeens naar het systeem van nasynchroniseren in Duitsland. Knap hoor, maar ik had net John Mayall opstaan met het nummer Room to Move en al nasynchroniserend kwam ik op Johann Post met Lebensraum. Dan klink zo’n nummer toch opeens een stuk minder.
Uiteindelijk reed ik mijn plaats van bestemming in alwaar een soort ‘road rage’ was ontstaan door een klein ongevalletje met wat blikschade. Ook al weer zoiets. Mag ik, met dit laatste voor ogen, tot slot nog even het woord richten tot de huidige eigenaar van mijn toekomstige tweedehands auto. Kijk alsjeblieft een beetje uit en rijd in hemelsnaam voorzichtig.
Mooie gelegenheid voor enige contemplatie
24 June 2018, 12:06 uur
Columns