Bewindspersonen moeten publiekelijk geen persoonlijke opvattingen uiten, vindt premier Dick Schoof. Volgens hem moet "voorkomen worden dat het uitspreken van persoonlijke opvattingen leidt tot verwarring over het kabinetsbeleid", meldt hij in antwoord op nieuwe vragen van GroenLinks-PvdA-Kamerlid Habtamu de Hoop. Aanleiding zijn de uitspraken van staatssecretaris Chris Jansen (Infrastructuur en Waterstaat) die maandag in een televisieprogramma zei dat hij nog steeds achter de 'minder Marokkanen-uitspraak' staat van zijn partijleider Geert Wilders.
De PVV-leider werd hierom door de hoogste rechter veroordeeld wegens groepsbelediging. De uitspraak van Jansen viel verkeerd bij meerdere partijen in de Tweede Kamer, waaronder ook de coalitiepartners VVD en NSC. Jansen liet daarop in een korte Kamerbrief weten dat hij als staatssecretaris afstand neemt van deze uitspraken tijdens dit optreden. "Deze persoonlijke opvattingen reflecteren niet het kabinetsbeleid", schreef hij, met medeweten van de premier.
De Hoop liet daarop weten dat hij het zorgelijk vindt dat Jansen als privépersoon wel achter de omstreden uitspraak bleef staan en wees de minister-president op de eenheid van kabinetsbeleid. Schoof is het met De Hoop eens dat "er staatsrechtelijk geen onderscheid is tussen de functie van staatssecretaris en de privépersoon van de bewindspersoon". Dat betekent dat bewindspersonen geen persoonlijke opvattingen moeten ventileren, ook niet als privépersoon.
Schoof wijst er verder op dat de staatssecretaris afstand heeft genomen van de uitspraken en dat hij deze niet meer zal herhalen.
Door: ANP