Jerdy Schouten merkt hoe streng de Italiaanse autoriteiten zijn als het op het coronavirus aankomt. "In het begin van de crisis dacht ik nog: ik moet toch fit blijven, dus ik ga hardlopen. En toen werd ik aangehouden door de politie. Dat mag hier écht niet. Ik kreeg gelukkig geen boete, maar een waarschuwing. Of ze me herkenden als Bologna-speler? Dat weet ik niet", zegt hij met een glimlach.

Jerdy Schouten uit Hellevoetsluis ging afgelopen zomer na een seizoen Telstar en een seizoen Excelsior naar Bologna uit de Italiaanse Serie A. Blessureleed hield hem aan het begin van het seizoen van het veld, maar hij groeide uiteindelijk uit tot basisspeler. Nu zit de middenvelder vanwege de corona-uitbraak alweer weken samen met zijn vriendin in quarantaine in zijn appartement in Bologna.

"Als ik in mijn eentje was geweest, had ik nu in Nederland gezeten", vertelt hij tegen RTV Rijnmond. "Je mist je familie natuurlijk. Ik denk nog elke dag: ik ga gewoon. Maar het is voor mij belangrijk dat ik er op de eerste training van Bologna sta. En dat is onzeker als je naar je eigen land teruggaat."
"Het leek mij trouwens veiliger om hier te blijven. Alleen voor boodschappen ga ik naar buiten. In Nederland zijn de regels nog wat soepeler en dan ga je meer doen dan dat misschien goed is. Dat heeft ook meegespeeld", zegt Schouten.

Op een hometrainer en met wat gewichten probeert de 23-jarige middenvelder zichzelf enigszins fit te houden. "Het is verschrikkelijk saai. Op sommige dagen is het heel moeilijk om vol te houden. Dat is denk ik ook normaal. Maar dan komt ook het besef dat er een kans bestaat dat we weer gaan voetballen. En dan wil je niet dat je vijf minuten op het veld stilstaat."