Een grote groep mensen in sociale huurwoningen die een te hoge huur hebben in verhouding tot hun inkomen, krijgt volgend jaar het recht op een verlaging van de huur. Woningcorporaties worden verplicht de eenmalige huurverlaging door te voeren, blijkt uit plannen van minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken) voor volgend jaar. Er komt een wetsvoorstel hiertoe.
Het gaat bij deze zogeheten 'dure scheefwoners' naar schatting om 260.000 huurders. Zij krijgen als het plan doorgaat een huurverlaging van gemiddeld 40 euro per maand. Ollongren: "Deze huurverlaging is echt gericht op die mensen die te hoge woonlasten hebben en daardoor kwetsbaar zijn voor betaalrisico’s en schulden. Die mensen wil ik hiermee meer financiële ruimte geven, zodat er aan het einde van de maand ook geld overblijft voor andere dingen".
In totaal is er met de huurverlaging 160 miljoen euro gemoeid, meldt haar departement. De woningcorporaties hoeven 200 miljoen euro minder aan verhuurderheffing te betalen, een bedrag dat de woningcorporaties ieder jaar gezamenlijk moeten afdragen aan het Rijk. Met de rest kunnen de corporaties hun investeringen op peil houden om huizen te bouwen en te verduurzamen.
In het Sociaal Huurakkoord in 2018 was al afgesproken dat er maatwerk komt voor huurders voor wie de huur te hoog wordt. De scheefgroei kan ontstaan door het wegvallen van inkomen of omdat huurders een woning kregen toegewezen die niet bij hun inkomen past. Door de coronacrisis zijn nog meer mensen in de problemen gekomen.
Voor huurders in de vrije sector die in de knel komen door de coronacrisis, wordt ook maatwerk bedacht. Zij moeten zich tot hun verhuurder wenden om bijvoorbeeld opschorting, kwijtschelding of verlaging van de huur te krijgen.
Door: ANP