Een dier is geen ding

24 April 2021, 23:11 uur
Columns
mainImage

Aan de Driemanssteeweg in Charlois wil zich een bouwmarkt annex tuincentrum vestigen. Op de uitverkoren locatie huist momenteel een bedrijf met een zieltogend bestaan, dus prima als er meer leven in de brouwerij komt. Dat is het goede nieuws.

Het slechte nieuws is dat de gemeente Rotterdam het wel prima vindt als er in het tuincentrum ook dieren mogen worden verkocht, tot een maximum van twintig procent aan vloeroppervlak als de ondernemer (Hornbach) daarvoor kiest. Dat heet dan nevenassortiment.

Steeds vaker kiezen tuincentra voor dieren als uitbreiding van hun business. Uit een rapport van de Wageningen Universiteit uit 2015 blijken er al ruim vijfhonderd in het hele land te zijn. Het is lucratieve handel, zeker in combinatie met alle toebehoren die bij de aanschaf van een dier komen kijken.

Dierenverkoop is lucratief, maar vooral dodelijk. Het televisieprogramma Kassa onthulde al in 2018 dat toeleveranciers van cavia’s aan verkooppunten het niet zo nauw nemen met dierenwelzijn. Cavia’s die ziek zijn, worden in de groothandels doodgeslagen en tot slangenvoer gemaakt. Bij commerciële afnemers van ‘levende have’ is het qua dierenwelzijn niet veel beter. In dierenwinkels en tuincentra staan de dieren vol in het zicht van de consument en worden daarmee blootgesteld aan allerlei negatieve omgevingsprikkels. 

Daar blijft het niet bij, de consument doet ook een duit in het zakje. De verkoop van dieren leidt tot impulsaankopen, juíst als het draait om nevenassortiment zoals in tuincentra. Een gerichte, bewuste en doordachte aankoop van een levend wezen zit er niet meer bij als je met je trolley vol met bloembollen, planten en tuinmeubelen ook nog even een dier ‘meepakt’, nu je er toch bent. Je kwam er namelijk niet voor. Maar dieren hebben levenslange verzorging nodig. Liefde, genegenheid. Als de mensen het zat zijn, is de openbare ruimte voor de dieren hun lot.

Want als je goed tuurt in de Rotterdamse plassen, vlieten en singels, is een schildpad onontkoombaar. Zo’n vijf jaar geleden kopte het AD over een ware plaag van geelwang- en roodwangschildpadden. Gedumpt door de mensen. Een schildpad – in de dierenwinkel nog een paar centimeter groot, voor slechts een paar tientjes mee te nemen – kan met gemak ouder worden dan jij. Niet bij stilgestaan.

Het Rotterdamse klimaat is niet goed voor deze prachtige dieren. En tot overmaat van ramp heeft de rijksoverheid toestemming gegeven een aantal soorten in het wild levende schildpadden op te sporen en te verwijderen. Dat laatste is in vrijwel alle gevallen een eufemisme voor doden.

Wie krijgt niet in een brok in de keel van honden die aan een boom in het park zijn vastgebonden, omdat het baasje ongestoord op vakantie wilde? Een hond spreekt tot de verbeelding, we vinden er iets van. Maar het leed schuilt ook in de dieren die we minder op ons netvlies hebben staan. Alle dieren hebben een intrinsieke waarde. Een dier is geen ding.

Terug naar de Charloisse bouwmarkt annex tuincentrum in wording. Die verkoopt op haar website 132 soorten vissen, aangevuld met enkele andere onderwaterdieren. Wil jij dat deze soorten straks ook op de lijst van verboden dieren komen, zoals nu al de zonnebaars of marmerkreeft? Dan is het voorstel van de gemeente voor jou vast geen probleem.

Of sluit je je aan bij het verzet om de verkoop van dieren in tuincentra aan banden te leggen? Dan kies je partij voor de dieren.