Nederland heeft de afgelopen tijd te maken gehad met een griepepidemie. In week 9 rapporteerden de peilstations 162 mensen met een influenza-achtige ziekte op 100.000 inwoners. Dat is voor de twaalfde achtereenvolgende week boven de epidemische grens van 51 per 100.000. Ik vind dat weinig, die grens. Ik heb het eens nagerekend en kwam op een ontluisterend percentage van 0,051%. En dat noemen ze dan een epidemie. Volgens mijn eigen wetenschappelijke aanpak kwam ik trouwens op een veel hoger percentage. Ik hoorde van iemand die een kantoor deelt met zo’n vijftig collega’s dat er daar somtijds zeker acht mensen ontbraken vanwege influenza en in de klas van mijn zoon bleven af en toe zes van de dertig studenten thuis vanwege de griep. Dat noem ik nog eens percentages: 16 en 20%. Dat is pas epidemisch.
Want wie heeft er nou eigenlijk bepaald dat 51 op 100.000 een epidemie is en, nog belangrijker, op basis waarvan? Mensen willen blijkbaar altijd alles indelen en een naampje geven. Zo bijvoorbeeld ook met de schaal van Beaufort voor windkracht. Is dat wetenschap of een flinke dosis nattevingerwerk? U kent dat wel, dat geleuter van meteorologen. Morgen een ‘zware storm’, maar gelukkig geen ‘zeer zware storm’. Dat maakt nogal veel uit wanneer je uit je verschoning waait of je schuurtje in de aanpalende wijk moet zien terug te vinden. Maar ook dit wilde ik wetenschappelijk benaderen en dus heb ik de schaal van Beaufort er maar eens bij gepakt. Nou, da’s lachen hoor, die wetenschap. Windkracht 1 noemen we zwak en als gevolg hiervan is de windrichting af te leiden uit rookpluimen; ’t is maar dat u het weet. Matige wind is er bij kracht 4; dat wordt al linker want dan raakt je haar in de war en gaat je kleding flapperen (het staat er echt hoor). Bij windkracht 6 zijn paraplu’s met moeite (hoe meet je dat dan weer?) vast te houden maar bij windkracht 9 wordt het pas echt uitkijken. Dat heet storm en dan waaien niet alleen dakpannen weg maar blijkbaar ook de kinderen. Zware storm staat op 10 en dan waaien ook volwassenen weg. Maar echte verwoestingen ontstaan gelukkig pas bij een orkaan; oftewel de maximale 12. Nou ja, als we het maar wetenschappelijk ingedeeld hebben, hè? Dan weten we tenminste waar we aan toe zijn. Alhoewel, bij temperatuurindeling schijnt dat weer anders te zijn. Daar hebben we er wereldwijd twee van: Fahrenheit en Celsius. Het kán dus blijkbaar wel totaal anders.  Maar de echt belangrijke dingen in het leven zijn natuurlijk niet te meten. Hoeveel lief kan je zijn of juist stout? Hoe asociaal ben je of hoeveel pijn heb je? Druk dat maar eens uit in ronde getallen. Of geil? Nou dat weet ik toevallig wel, dus ik groet u allen en spoed me huiswaarts. Bruyntje beer komt eraan, schat!